Cordring als alternatief voor de navelklem
Na de geboorte van de baby wordt de navelstreng doorgeknipt om zo de placenta van de baby te scheiden. Je baby voelt daar niets van, omdat de navelstreng geen zenuwen bevat. De navelstreng moet dan worden afgeklemd om te voorkomen dat de navelstreng nabloedt. Een stukje van de navelstreng blijft met deze klem aan de baby vastzitten. Na ongeveer een week valt de navelstreng (inclusief klem) er af.
Om de navelstreng af te klemmen, kan de traditionele navelklem worden gebruikt of de cordring. Het ringetje wordt om de navelstreng heen geschoven en klemt zo de navelstreng af.
De cordring is een klein ringetje en wordt gezien als een kind- en huidvriendelijk alternatief ten opzichte van de navelklem. De cordring is lichter en kleiner, waardoor het prettiger op de buik van de baby voelt. Ook blijft de cordring minder makkelijk achter een luier haken en wordt het verzorgen van de baby als makkelijker ervaren dan met een navelklem.
Er is echter geen wetenschappelijke literatuur beschikbaar, waarbij de betrouwbaarheid in het voldoende afsluiten van de navelstrengvaten met de navelklem wordt vergeleken met een cordring. Er zijn wel voldoende wetenschappelijke onderzoeken beschikbaar die aantonen dat een navelklem een veilige methode is voor het secuur afklemmen van de navelklem. Over de cordring zijn deze onderzoeken niet beschikbaar. Uit de opgedane ervaringen met de cordring komt naar voren dat de cordring waarschijnlijk net zo veilig is als de navelklem.
Binnen IJmond Geboortezorg kun je voor de navelklem en voor de cordring kiezen. Het maakt daarbij niet uit of je thuis of in het RKZ bevalt. In het RKZ kunnen alleen de navelklemmen en cordringen van het ziekenhuis gebruikt worden. Zelf meegebrachte klemmen of cordringen kunnen niet geplaatst worden. Soms heeft je kind na de geboorte direct medische hulp nodig. Dan kan het zijn dat afnavelen snel moet gebeuren, in die uitzonderlijke gevallen wordt de navelklem gebruikt. Het kan ook zijn dat de navelstreng te dik of juist te dun is om een cordring te plaatsen. Ook dan wordt een navelklem gebruikt.
De verloskundige die jouw bevalling begeleidt, zal de navelklem of de cordring plaatsen. Controleer in de eerste uren na de geboorte of de navelstreng niet nabloedt. Als dat zo is, neem je direct contact op met je verloskundige. Zorg ervoor dat de navelstomp de eerste dagen na de bevalling droog blijft.
Je verloskundige zal voor de bevalling de voor- en nadelen met je bespreken. De keuze voor een navelklem of cordring kun je vervolgens opnemen in je geboorteplan.